In 1930 had Oegstgeest 6.000 inwoners. Negentig jaar later zijn het er 25.000 en door de komst van 800 appartementen in het gebied bij Corpus, de uiterste zuidwesthoek van onze gemeente, stijgt dit aantal richting 27.000. We zijn dus al verviervoudigd binnen een eeuw.
De groei sinds 1930 was geleidelijk, sinds 1980 progressief. Ons dorp maakte ruimte voor veel nieuwe woningen en nieuwe inwoners in Haaswijk, de Morsebel, Poelgeest en meest recent Nieuw-Rhijngeest. Op een oppervlakte van een kleine 8 km2 wonen 3.300 mensen per km2, waarmee we tot de 15 dichtstbevolkte plaatsen van Nederland horen. Nederland heeft gemiddeld zo’n 500 inwoners per km2.
In 1930 was zo’n 80% van het dorp nog groen (bos, bollenteelt en akkerbouw), nu is 80% bebouwd. Ook kleinere locaties worden vroeger of later bebouwd -denk aan ASC, Overveerpolder, Clinkenburgh- tenzij we vanaf nu samen andere keuzes maken.
Onze Historische Vereniging vindt, dat het omslagpunt is bereikt waarop bevolking en gemeentebestuur samen moeten uitspreken dat Oegstgeest uitontwikkeld is.
Voor ons betekent dat concreet, dat er geen nieuwe locaties kunnen worden omgebouwd tot woningen. Het is zaak om in de Omgevingsvisie voor de inrichting van Oegstgeest tot 2030 -die in de komende maanden in de gemeenteraad wordt besproken- vast te leggen, dat alleen woningen kunnen worden gebouwd op een klein aantal plekken dat al bebouwd is.
De ruimtelijke kwaliteit van ons dorp kunnen we niet aan de markt overlaten. Die markt wordt immers gestuurd door financieel gewin: een eigenaar van een stukje vastgoed (grond of gebouw) die kansen ziet, biedt zijn eigendom aan een ontwikkelaar aan, die waarde aan die locatie wil toevoegen door te proberen er een groter volume op te realiseren dan er stond. Met een type bebouwing dat hoger op de (economische) waardeladder staat. Die ladder loopt van groen en landbouw via bedrijf naar woning. Het zijn dus vaak locaties waar nog geen huizen staan, die deze marktpartijen willen ontwikkelen. Omdat er dan het meest aan verdiend wordt. Eerst laagbouw, later hoogbouw.
Dit fenomeen speelt concreet bij het voormalige partycentrum La France, de garage van Kamsteeg, het Hofbrouckerpark, de Almondehoeve en buurpercelen, de huidige Leo Kanner school en in Overgeest (Centrum ‘45 en oude panden van GZZ-Rivierduinen, naast het gemeentehuis).
Onze vereniging is van mening, dat Oegstgeest in de afgelopen jaren zijn bijdrage aan de regionale woningbehoefte ruimschoots geleverd hebben. Geen enkele buurgemeente van Leiden heeft zoveel inwoners per vierkante kilometer! Het is tijd om naar het totaalplaatje van de inrichting van Oegstgeest te kijken en zeer restrictief om te gaan met verzoeken tot bestemmingswijziging. Er speelt immers nog wat anders, dat aandacht verdient: bij elke nieuwe woning/inwoner hoort een behoefte aan voorzieningen die óók ruimte vraagt.
School, sport en recreatie, winkels, energie, infrastructuur, zorgaanbod, cultuuraanbod. Kortom elke extra woning legt extra druk op het gebruik van de overige ruimte. En de druk daarop is al maximaal door de groei van de gemeente in de afgelopen decennia.
Onze vereniging heeft al naar dit totaalplaatje gekeken. Voor ons is de conclusie dat er maximaal nog ruimte is voor 3 projecten van elk ca. 50 appartementen. En dan uitsluitend op plekken die al bebouwd zijn, waar de bestaande functie is achterhaald. Het ontwerp van nieuw te ontwikkelen woningen moet aansluiten bij de bestaande stijl in ons dorp. Omdat de overwegende stijl 2 lagen plus kap is, moeten appartementen niet meer dan 3 lagen hebben. Appartementen zijn natuurlijk interessant om doorstroming in het dorp te helpen: zowel jongeren als ouderen kunnen dan een woning vinden, die aansluit bij hun wensen. Voor jongeren is het dan een eerste eigen woning, terwijl ouderen een groter huis achterlaten.
Dat kan o.i. op de plek van de voormalige garage van Kamsteeg en onder voorwaarden bij La France en op de locatie van de huidige Leo Kannerschool. Die laatste gaat immers verhuizen naar de oude Julianaschool bij Endegeest.
De bevolking van Oegstgeest heeft een krachtig wapen tegen ongebreidelde verstedelijking. De bestemming van dergelijke plekken is namelijk zaak van de overheid. En dus van de bevolking, die immers door de gemeenteraad wordt vertegenwoordigd. In maart 2022 zijn de nieuwe verkiezingen.
De huidige bestemming is op al de voornoemde plaatsen “niet-wonen”. Er kan dus alleen gebouwd worden als we zouden toestemmen om de bestemming te veranderen in “wonen”.
Wij zijn ervoor, dit zeer terughoudend toe te passen en pas nadat er een toekomstbeeld voor de gemeente als geheel is vastgesteld, dat kijkt naar het totaal.
Door het zo selectief aan te pakken sparen we het schaarse resterende groen, dat het verdient om met kracht verdedigd te worden. Denk aan het Landje van Bremmer, Endegeest, het Hofbrouckerpark, de Voscuyl en het gebied achter de Dorpsstraat langs het Oegstgeester Kanaal.
Groen is ook: open ruimte, om weg te kunnen kijken. Doorkijkjes en zichtlijnen.
Oegstgeest is nu nog een fijne plek om te wonen. Dat willen we zo houden. Ook voor hen die hier de laatste jaren zijn komen wonen!
Rob Sturm, voorzitter
Historische Vereniging Oegstgeest