Uitnodiging lezing over Amphora collectie voor leden VOO, in de Lakenhal Van 3 oktober tot 4 januari a.s. zal de Amphora collectie worden tentoongesteld in Stedelijk Museum de Lakenhal. Deze collectie aardewerk is in 2005 door het museum gekocht. Wij hebben Drs. Christiaan J.J. Vogelaar, conservator oude kunst in de Lakenhal, bereid gevonden om speciaal voor leden van onze Vereniging een lezing houden over deze collectie. Wij nodigen u graag uit deze lezing bij te wonen. Deze zal plaatsvinden op dinsdag 18 november a.s. in De Grote Pers, in de Lakenhal, van 20.00-21.00 uur. Voorafgaand aan de lezing kunnen de bezoekers de Amphora collectie bekijken, van 19.00-20.00 uur. Let op: In verband met het beperkt aantal plaatsen in de Grote Pers is het wenselijk dat u zich vóór 11 november aanmeldt bij de secretaris, Margriet Lugt, tel. 071-5170302 (niet tussen 13 en 17 oktober), e-mail: En wie snel reageert weet zich van een plaats verzekerd! Open huis in het Regionaal Archief Leiden Zaterdag 11 oktober wordt de Landelijke Archievendag gehouden. Het thema is “Verhalen van Nederland”. Het Regionaal Archief Leiden houdt op die dag open huis onder het motto “1001 verhalen en dat van u”. Burgers kunnen hun verhaal vertellen en beeldmateriaal aanbieden. Het Regionaal Archief Leiden (RAL) is voor rondleidingen die dag geopend van 11.00 tot 16.30 uur. Plaats: Boisotkade 2A, Leiden. Week van de keramiek, van 25 oktober tot 2 november In de regio Holland Rijnland ligt een keramiekgeschiedenis. Dwars door de regio loopt de rivier de Oude Rijn, die voor het winnen van klei van grote betekenis is geweest. De klei werd als grondstof gebruikt voor het vervaardigen van verschillende producten, van fijn keramiek tot bakstenen en dakpannen. Vier gemeenten, te weten Leiden, Leiderdorp, Katwijk en Oegstgeest, willen door middel van het organiseren van een Week van de keramiek hun binding met de keramiek tonen. Het doel van deze Week van de keramiek is het zichtbaar en beleefbaar maken van de keramiekgeschiedenis én de hedendaagse keramiekprojecten in de regio Holland Rijnland, bij de inwoners van de vier betrokken gemeenten. Bij het uitgaan van deze nieuwsbrief is het programma nog niet definitief. Let u op de informatie in de Oegstgeester Courant en andere regionale bladen. De Leidse Geschiedenisdag op 8 november 2008 in de Hooglandse kerk Op 8 november a.s. zal in de Hooglandse kerk de tweede podiumdag gehouden worden, onder auspiciën van acht samenwerkende Leidse historische verenigingen en stichtingen. Het initiatief is genomen door de Vereniging Oud Leiden. Het motto is: Leiden: middelpunt van Hollandse historie. De eerste podiumdag vond plaats in 2002 en was een groot succes. Alle cultuurhistorische verenigingen en stichtingen uit de omgeving zijn uitgenodigd om aan deze dag deel te nemen. Ook de Vereniging Oud Oegstgeest zal vertegenwoordigd zijn. Er zullen tal van activiteiten zijn. De Vereniging Oud Leiden presenteert het honderdste Leids jaarboekje en Els Kloek zal een lezing houden over Magdalena Moons. Tevens zal bij die gelegenheid de Leidse Canon worden gepresenteerd. Minister R. Plasterk zal het eerste exemplaar in ontvangst nemen. Zie verder: www.leidsegeschiedenisdag.nl Houdt u voor de complete invulling van het programma de kranten en de website in de gaten. Historische Vereniging Holland De Historische Vereniging Holland heeft als doel de kennis en de belangstelling voor de geschiedenis van Holland onder een breed publiek te bevorderen. De vereniging ontplooit daartoe diverse activiteiten, waaronder de toekenning van de zogenaamde Hollandprijs. Deze prijs wordt sinds 2007 uitgereikt aan een historische vereniging uit Noord- of Zuid-Holland. Hiermee hoopt het bestuur de aandacht voor de eigen lokale en regionale geschiedenis te vergroten en voorts het belang van historische verenigingen te onderstrepen. In 2008 staat het religieus erfgoed centraal. De Vereniging Oud Oegstgeest heeft een artikel over de 75-jarige Pauluskerk, van Gerard Schwencke, ingezonden. Dit is eerder gepubliceerd in het jubileumnummer van de VOO. Het artikel is nu met twee andere artikelen genomineerd voor de Hollandprijs. Zie www.leidsegeschiedenisdag.nl Besloten lezing voor leden van de Sociëteit De Harmonie Op 7 juni heeft voorzitter Harry Vissers een lezing gegeven voor de leden van de Sociëteit De Harmonie in Oegstgeest, over de VOO en over de Canon van Oegstgeest. Op 21 oktober a.s. zullen Marise en Frits Spieksma een dialezing verzorgen voor de leden van de Sociëteit De Harmonie. De titel is: ‘Beelden van het oude Oegstgeest’. Locatie: Het Witte Huis, om 20.00 uur. Bericht van het canon-front Op 26 juni j.l. is er op de Keukenhof een studiemiddag geweest ter introductie van de Canon van Nederland in het onderwijs in Zuid-Holland. De organisatie was in handen van het Erfgoedhuis, een provinciale instelling. Aanwezig waren hoofdzakelijk vertegenwoordigers van het basisonderwijs en enkele andere belangstellenden, onder meer lieden die zich in hun stad of dorp bezig houden met een eigen canon. Spreker was o.a. Frits van Oostrom, die een onderhoudend verhaal hield waarin hij mededeelde dat ingaande 2009 de Canon verplichte onderwijsstof wordt in het basisonderwijs. Daarbij kunnen enkele onderdelen van de landelijke canon worden vervangen door elementen uit een regionale canon. De naam Oegstgeest viel vele keren. Wij werden als voorbeeld gesteld vanwege de snelle productie van een fraaie canon, en vooral vanwege de samenwerking vanaf het begin met het onderwijs. Ook de nu gaande zijnde productie van lesmateriaal voor het basisonderwijs door het Erfgoedhuis, aan de hand van de Canon van Oegstgeest, kwam ter sprake. Een van de workshops ging over het tot stand komen van een canon en de inbreng van het onderwijs. Hiervoor waren als inleiders gevraagd Barbara van der Slikke (gemeente Oegstgeest), Frans Terken (schoolhoofd Oegstgeest) en Freek Lugt (canon Oegstgeest). Het was een uiterst plezierig gebeuren waarbij de inleiders werden bedolven onder de vragen. Die gingen over alles: de financiering, waar haal je de auteurs vandaan (iemand zei letterlijk: ja, in Oegstgeest heb je het gemakkelijk, daar pluk je de auteurs zo van de straat), ga je voor een collectief schrijverschap of voor auteursnamen per hoofdstuk, hoe stel je de inhoud samen, etc. Van diverse kanten kwam na afloop de opmerking dat de bijeenkomst als zeer inspirerend was ervaren. Er zijn ook nog de nodige boekjes verkocht. De middag werd afgesloten met het uitreiken van een lesbrief in het kader van het landgoederenjaar aan, alweer, een Oegstgeestenaar, Aafje de Groot (die wij ook kennen als een van de leerkrachten die de teksten van de canon naliep op onduidelijkheden voor kinderen), en wethouder van Oortmerssen. En Aafje was zo bij de hand om in haar dankwoord weer uitgebreid de Canon van Oegstgeest ter sprake te brengen. Kortom, aan de Canon van Oegstgeest valt zeker eer te behalen. Prijsvraag Oudenhof Ooit woonden er maar 400 mensen in een Oegstgeest dat zich uitstrekte van de Zijl tot Katwijk en van Warmond tot de Rijn. Toen zij door de Vikingen bedreigd werden, begonnen de inwoners rond het jaar 900 aan de bouw van een verdedigingsburcht, de Oudenhof. Die heeft er zo’n 500 jaar gestaan. Het reilen en zeilen van deze kleine plattelandsgemeenschap gedurende het bestaan van de Oudenhof, in de middeleeuwen dus, is het onderwerp van ‘Het goed van Oestgeest.’ Freek Lugt is dit boek aan het schrijven. De VOO steunt dat initiatief. In dit kader is een prijsvraag uitgeschreven voor een ‘artist’s impression’ van de Oudenhof. Daar bestaan immers geen afbeeldingen van, terwijl het de bedoeling is het boek ruim van illustraties te voorzien. Er zijn al diverse inzendingen binnen. Een jury, bestaande uit Nenke van Wermeskerken, Saskia Baatenburg de Jong en voorzitter Albert Labordus zullen de winnende inzending aanwijzen. De prijs bestaat uit publicatie in het boek. Voor meer informatie kunt u terecht bij de secretaris. Open Monumentdag op zaterdag 13 september 2008: Speuren naar Sporen in het verleden Ter gelegenheid van Open Monumentendag op zaterdag 13 september j.l. was het gemeentehuis geopend. Er zijn de hele dag rondleidingen gegeven, net als in kasteel Oud-Poelgeest, kasteel Endegeest en de H. Willibrordkerk. Voorzitter Harry Vissers heeft een lezing gehouden over de ontstaansgeschiedenis van de bebouwing in Oegstgeest in de jaren 1900 tot 1935. In die tijd zijn het Prins Hendrikpark, het Julianapark, het Oranjepark en het Emmapark gebouwd. De voorzitter is nagegaan welke (kwaliteits)elementen daarbij een rol hebben gespeeld. Ook pleitte hij voor een integrale visie op karakteristieke waarden in de bebouwing en ruimtelijke inrichting van Oegstgeest, op basis van het verleden, voor heden en toekomst. Carla de Glopper heeft een lezing gehouden over het “Geluk van Oegstgeest”: hoe het komt dat ten zuiden van Oegstgeest grote stukken groen zijn gebleven. In de raadszaal was door Carla de Glopper een tentoonstelling ingericht over Oegstgeester sporen: van het tramspoor via sporen van bedrijvigheid (Oegstgeester dakpan) naar geboorte- en overlijdensakten, etc. Bovendien was er een fietsspeurtocht door Oegstgeest uitgezet die voerde langs de mooiste plekjes in Oegstgeest. VOO-archief in de Bibliotheek Bollenstreek Sinds enkele jaren geniet de VOO de gastvrijheid van de Bibliotheek Bollenstreek. Daar staat in de medewerkersruimte een tweetal kasten die het archief van de VOO herbergen. Er komt nu een derde kast bij. Het archief bevat voorwerpen die een historisch element hebben, zoals een kwartet dat is uitgebracht bij de opening van het winkelcentrum Lange Voort, enkele Oegstgeester dakpannen, het vaandel van de voormalige Christelijke Zangvereniging, het schilderij van Curium, publicaties van diverse zusterverenigingen, een doos kranteknipsels van het Leidsch Dagblad, etc. En er is een plank met boeken en boekjes van allerlei soort, ofwel uitgegeven door de VOO, ofwel toegestuurd door andere instanties, of aangekocht. Het archief wordt al 10 jaar beheerd door Beps de Kanter. Op gezette tijden houdt de VOO een expositie in de bibliotheek van deze artikelen. Gesprekken met b&w en met de raadsfracties Het bestuur van de Vereniging Oud Oegstgeest is de maand september in gegaan met bezoeken aan het college van b&w en de diverse fracties van de gemeenteraad. In november volgt nog een gesprek met de fractie van PrO. Met het college heeft het bestuur gesproken over onderwerpen die de laatste tijd hebben gespeeld en die een gemeenschappelijk belang kennen. En hoe we in de toekomst graag met het college omgaan. De gesprekken met de fracties zijn bedoeld om twee jaar na de kennismaking met de nieuwe raad, met elkaar na te gaan wat er de afgelopen twee jaren is gebeurd, welke plannen er liggen en hoe de verwachtingen voor de toekomst zijn. De bescherming van karakteristieke delen van Oegstgeest was een prominent onderwerp. De VOO ziet zich, naast een Vereniging met doelstellingen voor behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het toegankelijk maken van historische kennis over ons dorp, ook als een kritische gesprekspartner van de gemeente. Wij brengen graag gevraagd en ongevraagd advies uit in het kader van onze doelstellingen. Daarnaast wordt, waar mogelijk, samengewerkt met de gemeente. Ruimtelijke ordening 1.Het Witte Huis krijgt zeer waarschijnlijk een nieuwe eigenaar. Deze zal van het Witte Huis een particulier verzorgingshuis voor ouderen maken, zoals is gebeurd bij Villa Oranjepark. Helaas lijkt in dat kader echter sloop van het Witte Huis onvermijdelijk. Het Wilhelminapark is een rijksbeschermd dorpsgezicht. Dat betekent dat er op het gemeentehuis, c.q. de Monumentencommissie, hoge eisen worden gesteld aan een nieuw ontwerp. Het lijkt de VOO wenselijk dat er geen sloopvergunning wordt afgegeven voordat een nieuw passend kwalitatief bouwplan, passend bij de omgevingis goedgekeurd. 2. Er is een sloopvergunning aangevraagd voor de Vissersbrug, vlak bij het huis Hol Maren. De plannen in de omgeving van Hol Maren behelzen de bouw van een aantal villa’s met rieten dak. Het haventje ten westen van de Vissersbrug zou moeten verdwijnen en zo is de brug ook niet meer nodig. De VOO heeft bij de wethouder haar voorkeur voor het handhaven van het water en de brug uitgesproken. Onze afdeling historie zoekt momenteel uit welke historische waarde dit water heeft. Er is ooit een palingrokerij geweest. De VOO ziet ook liever geen villa’s dicht op huize Hol Maren. Reactie op het concept Erfgoedverordening De gemeente Oegstgeest is bezig de basis van de zorg voor het ondergrondse en bovengrondse erfgoed, in navolging van de rijksoverheid, samen te brengen in één verordening. Onlangs is een ‘concept Erfgoedverordening 2008 Gemeente Oegstgeest’ verschenen. De VOO heeft gemeend er goed aan te doen hier samen met de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland, afdeling Rijnstreek (AWN) op te reageren. Deze reactie is opgenomen op de website van de VOO. Hieruit blijkt dat naar de mening van VOO-AWN de zorg voor de bovengrondse monumenten op niveau blijft en de archeologische monumenten in Oegstgeest beter beschermd zullen zijn dan ooit het geval is geweest. Wel is onder meer nog een aantal suggesties gedaan voor een uitbreiding van de (mogelijke) archeologische vindplaatsen op de Archeologische Waardenkaart Oegstgeest. Onder meer is aanbevolen het Van den Ameeleterrein op te nemen en gebieden ten westen van het Groene Kerkje.Ook zijn suggesties van juridische aard gedaan inzake de tekst van de Erfgoedverordening zelf. De genoemde kaart en de andere stukken zijn te vinden op de website van de gemeente. De samenwerking met de AWN is overigens uitstekend bevallen. De notitie “Oegstgeest mooier in beschermd dorpsgezicht” Deze notitie is door de VOO uitgebracht in juni 2008, onder leiding van een commissie, bestaande uit Rianne Meester, Freek Lugt en Harry Vissers, en tegelijk met de Notitie voorontwerp bestemmingsplan Oranje Nassau verstuurd naar de leden van de gemeenteraad. Voor onze leden publiceren wij de notitie “Oegstgeest mooier in beschermd dorpsgezicht” hieronder in zijn geheel. Let wel: de notitie is een visie op de manier waarop in de gemeente Oegstgeest kan worden omgegaan met de eisen die kunnen worden gesteld aan bouw- en verbouwplannen in het algemeen en in beschermde dorpsgezichten in het bijzonder. De ondertitel luidt: Nadere regels te stellen aan bouw- en verbouwplannen in de gemeente Oegstgeest 1. Inleiding De Vereniging Oud Oegstgeest (VOO) geeft in deze notitie een visie op de manier waarop in de gemeente Oegstgeest kan worden omgegaan met de eisen die kunnen worden gesteld aan bouw- en verbouwplannen in het algemeen en in beschermde dorpsgezichten in het bijzonder. Dit is ons inziens nodig, omdat in de afgelopen jaren de inrichting van ons dorp en het vooraanzicht van huizen in vele straten door verbouwingen nogal zijn veranderd.Veranderingen die niet altijd veranderingen ten goede zijn gebleken. Soms is het een ratjetoe geworden, waar eenduidigheid en harmonie met de directe omgeving ontbreken. Het is bovenal nodig omdat Oegstgeest, zeker in de kern die gebouwd is vóór de TweedeWereldoorlog, een prachtige en unieke afwisseling kent van wisselende bebouwing en groen: voor en achter de woningen en in de straten en lanen.Verdere aantasting daarvan doet veel teniet aan belangrijke bebouwingskenmerken van onze gemeente. In de zogenoemde Paarse nota heeft de VOO al in 1987 een uitvoerige schets gegeven. De onderhavige notitie sluit ook aan op en laat onverlet wat is gesteld in onze ‘Notitie voorontwerp bestemmingsplan Oranje Nassau’ van 17 februari 2008. Achtergrond van deze notitie vormen voorts de komende wijzigingen in de richtlijnen in de Welstandsnota, het functioneren van de Welstandscommissie en de voorgenomen wijzigingen in de bestemmingsplannen in het algemeen en in het bijzonder voor zover in het bestemmingsplan mede een beschermd dorpsgezicht is opgenomen. Het meer concrete doel van deze notitie is het doen van praktische voorstellen voor het versterken van de ruimtelijke kwaliteit van Oegstgeest. De versterking is in het bijzonder bedoeld voor de beoordeling van bouw- en verbouwplannen in en van beschermde gebieden en gebouwen. Daartoe is het naar onze mening van groot belang, dat de beoordeling en advisering zoveel mogelijk vanuit een helder beoordelingskader wordt gedaan. Dat dient in de eerste plaats te gebeuren op het ambtelijke niveau, waar de plannen in eerste instantie worden beoordeeld en aanvragers worden geadviseerd. In tweede instantie zal een dergelijke beoordeling en advisering plaatsvinden op het niveau van de officiële beoordelingscommissies, voordat tot besluitvorming wordt overgegaan. Ook voor dit stadium zijn onze praktische voorstellen bedoeld. Zie verder hoofdstuk 3 en 4 hierna. Wij realiseren ons, dat de voorgestelde andere werkwijze hogere bestuurlijke lasten met zich meebrengt, c.q. kan brengen. Aan de andere kant geeft duidelijkheid in richtlijnen en beoordeling helderheid aan aanvragers en beslissers.We achten deze investering gewenst en verantwoord, omdat daarmee het karakter van de ruimtelijke inrichting van de gemeente wordt gehandhaafd en versterkt. 2. Aan bouwprojecten te stellen eisen In de genoemde VOO-notitie van 17 februari 2008 is een aantal suggesties gedaan voor voorwaarden die kunnen worden gesteld aan het bouwen of verbouwen in een gebied van de gemeente dat is aangewezen als beschermd dorpsgezicht. De VOO is nagegaan hoe elders in Nederland wordt omgegaan met kaders voor de beoordeling van een beschermd dorpsgezicht. Daarbij zijn wij uitgekomen bij de gemeente Haarlem. In de eerste plaats omdat deze gemeente een inzichtelijk en bruikbaar beleid heeft ontwikkeld. En bovendien omdat bepaalde wijken daar qua bouwperiode en uitstraling overeenkomen met wijken in Oegstgeest. In het bijzonder het gebied dat in Haarlem bekend staat als ‘Koninginnebuurt en Bos en Vaart’ doet denken aan onze wijken Wilhelminapark en Oranjebuurt. Ook voor de andere Oegstgeester wijken zijn in Haarlem equivalenten te vinden. In de gemeente Haarlem is een inzichtelijk systeem ontwikkeld van heldere voorschriften met een algemene gelding, die per individueel geval worden toegepast zoals ze volgens de toelichting bij de voorschriften bedoeld zijn. Hiertoe is een indeling in wijken gemaakt, waaraan de welstandsniveaus I, II en III zijn toegekend. Hierbij speelt ook het waardevolle groen in een gebied een rol. Daardoor kan de systematiek die daar is gevolgd ook worden toegepast in onze gemeente. 3. Twee welstandsniveaus De VOO stelt voor om voor de wijken in Oegstgeest een indeling in niveaus te maken zoals dat in Haarlem is gebeurd. Daarbij is de vraag gerezen of ook in Oegstgeest een driedeling nodig is. De Haarlemse categorie II gaat over buitengebieden die Oegstgeest niet meer heeft, zodat deze voor Oegstgeest geen zinvolle toevoeging biedt. Daarom stelt de VOO voor de wijken in Oegstgeest in twee niveaus in te delen, te weten niveau I, waarin een gedetailleerde toets van toepassing is, en niveau II, waarin een reguliere toets van toepassing is. De twee toetsen worden als volgt omschreven. I. Gedetailleerde toets Deze wordt toegepast bij: · beschermde dorpsgezichten en rijks- en gemeentelijke monumenten; · gebieden die op de nominatie staan om beschermd dorpsgezicht te worden. In deze gebieden is het beleid gericht op het handhaven en versterken van de aanwezige hoge architectonische kwaliteit en de omgevings- en cultuurhistorische waarden. II. Reguliere toets De reguliere toets geldt voor alle overige gebieden. Hier is het beleid gericht op het handhaven en stimuleren van de verbetering van de bestaande kwaliteit. Bekijken wij de gemeente Oegstgeest als geheel, dan kunnen we naar onze mening de gemeente als volgt indelen in niveau I- en II-gebieden. Niveau I 1. De Kerkbuurt; 2. Landgoed Oud-Poelgeest met Ezelsveld en Poelgeesterweg met aansluitend deel Laan van Alkemade; 3. Rijksbeschermd dorpsgezicht Wilhelminapark en Geesten; 4. Gebied Bestemmingsplan Oranje Nassau (incl. beschermd dorpsgezicht Oranjepark); 5. Buitenlust; 6. De Grunerie; 7. Hofbrouckerpark met aansluitend deel Piet Heinlaan; 8. Park Van Brouchovenlaan; 9. De Rijks- en gemeentelijke monumenten in de gebieden van niveau II; 10. De cultuurhistorisch waardevolle objecten in de gebieden van niveau II. Bij de definitieve vaststelling van bovenstaande gebieden wordt rekening gehouden met de in de Paarse Nota aangegeven grenzen. Niveau II De overige gebieden. De verschillende gebieden worden aangegeven op een samen te stellen cultuurhistorische waardenkaart. Aan de gebiedsomschrijvingen wordt een reeks foto’s toegevoegd van gebouwen en eventuele andere situaties die beeldbepalend worden geacht voor het desbetreffende gebied. 4. Het toetsen van de bouw en verbouwplannen in Oegstgeest Het toetsen of is voldaan aan de voorwaarden van niveau I of II, dient te gebeuren aan de hand van de voor de twee niveaus gestelde voorwaarden. Deze voorwaarden worden vertaald naar de omstandigheden van het individuele geval. Dit gebeurt door een daartoe nieuw in stellen Bouwzorgcommissie. Deze doet dat, evenals thans het geval is bij de huidige Monumenten- en de Welstandscommissie, in de vorm van een advies. Het college van B&W kan gemotiveerd van het advies afwijken. De adviezen zijn, evenals de Collegebesluiten, openbaar. Voor de twee niveaus zijn voor Oegstgeest de volgende criteria ontwikkeld. Het technische taalgebruik is onvermijdelijk om misverstanden bij de beoordeling te voorkomen. Criteria niveau I Algemeen · De bestaande gebouwde omgeving is het kwalitatieve referentiepunt voor ieder vergunningplichtig bouwwerk. Dat wil zeggen dat een bouwkundige toevoeging of verandering de bestaande bouwkundige dorpsstructuur, de typologie van gebouwen en de detaillering, kleur- en materiaalgebruik ervan als uitgangspunt dient te nemen. Relevant hierbij is of de omringende bebouwing ontworpen is als architectonische eenheid per bouwblok of een individuele uitstraling op pandniveau heeft. · Ingeval de bebouwing een representatief karakter heeft, dient dit te worden gehandhaafd. Zichtbaarheid vanaf de straat · Gevels aan de straatzijde dienen representatief te zijn voor de omgeving waarin zij staan. · Het aan de buitenkant zichtbaar samenvoegen van panden is ongewenst. Massa en vorm · Aan- en uitbouwen alsmede bijgebouwen zijn ondergeschikt aan de hoofdmassa. · De geleding van de bouwmassa behoort zich in maat en ritme naar de omliggende bebouwing te voegen. · Er is een architectonische eenheid tussen boven- en ondergevel. · De bestaande afwisseling in de vormgeving van de kappen blijft gehandhaafd. · De gevelopbouw en kapvorm van een pand worden gehandhaafd. Een uitzondering kan gelden voor het maken van een opbouw op een plat dak. In dat geval dient er voor het blok of de straat één passend type kap gedefinieerd te worden. · Technische voorzieningen, zoals trappenhuizen, vluchttrappen en dakopbouwen voor installatietechniek mogen niet zichtbaar zijn vanaf de straatzijde of openbare weg, noch vanaf rondom gesitueerde hogere bebouwing, tenzij zij passen in het beeld van het gebouw en de omgeving. Massa en vorm bij nieuwbouw · Er is een harmonische verhouding tussen open en gesloten gevelvelden. Blinde en grote blinde delen in gevels zijn niet toegestaan, evenmin als geheel of grotendeels open gevels. Dit betekent dat bergingen en parkeergarages boven het maaiveld niet tussen de straat en de voorgevel mogen liggen. · De gevels bezitten een zekere mate van verticaliteit. Detaillering, kleur en materiaal · Kenmerkende, oorspronkelijke ornamentiek en detaillering dienen bij verbouwingen te worden gerespecteerd. · Voor nieuw aan te brengen voordeuren, kozijnen, balkon- en ander hekwerk, gootbakken, boeiboorden, lateien boven vensters en deuren, windveren, enzovoort moeten uitgewerkte ontwerpen worden gemaakt, die aansluiten aan de aanwezige ornamentering en detaillering. · Bij het ontwerp dient er aandacht te worden besteed aan de details, waarbij wordt gestreefd naar eenzelfde mate van verfijning als gebruikelijk is bij bestaande gebouwen. · Indeling van raampartijen en kleurgebruik van kozijnen worden gehandhaafd of, indien mogelijk, teruggebracht in de oorspronkelijke staat. · Tenzij deze evident niet detoneren zijn materialen als betonsteen, grote oppervlakken (ongekleurd) beton, kunststof of aluminium beplating, volkernplaat, spiegelend glas, vlakke plaatdeuren, stalen dakpannen en dergelijke niet toegestaan voor zover zij in het zicht vallen. Kunststof, aluminium en dergelijke is wel toegestaan voor zover dit gelijkwaardig is aan natuurlijk materiaal, onder meer met betrekking tot dieptewerking en profilering. · Gevels sluiten wat betreft materiaal, kleur en uitstraling aan bij de omgeving. Zij dienen daarmee te harmoniëren, ook als het gebruikte materiaal afwijkend is. · Historisch voegwerk wordt zoveel mogelijk gehandhaafd. Het te dik uitslijpen en het wijzigen van de oorspronkelijke dikte van stoot- en lintvoegen is ongewenst. · Houtwerk dient te worden geschilderd in kleuren die harmoniëren met die van de direct aaneengesloten bebouwing. Signaalkleuren zijn niet toegestaan. · Gemetselde erfafscheidingen dienen gehandhaafd te blijven. Binnen een beschermd dorpsgezicht en voor monumenten geldt bovendien: · Bouwwerken die buiten het beschermd dorpsgezicht vergunningvrij zijn, zijn hier licht-vergunningplichtig. Criteria niveau II Algemeen · De bestaande gebouwde omgeving is het kwalitatieve referentiepunt voor ieder vergunningplichtig bouwwerk. Dat wil zeggen dat een bouwkundige toevoeging of verandering de bestaande bouwkundige dorpsstructuur, de typologie van gebouwen en de detaillering, kleur- en materiaalgebruik ervan, als uitgangspunt dient te nemen. · Relevant is of de omringende bebouwing ontworpen is als complex of een individuele uitstraling op pandniveau heeft. Massa en vorm · Aan- en uitbouwen, alsmede bijgebouwen zijn ondergeschikt aan de hoofdmassa. Detaillering · Detaillering, kleur- en materiaalgebruik zijn per groep gebouwen gelijk. · Bij woongebouwen wordt de eenheid van de geveldetaillering gehandhaafd. · Kunststof en aluminium en dergelijke is slechts toegestaan voor zover dit gelijkwaardig is aan natuurlijk materiaal, onder meer met betrekking tot dieptewerking en profilering. Dakkapellen · Voor dakkapellen dient er voor het blok of de straat één passend type kapel gedefinieerd te worden. De toetsing De ambtelijke beoordeling in eerste instantie en daarna de Bouwzorgcommissie (zie onder 4.) passen de bovengenoemde criteria toe op basis van de toelichting die in de diverse relevante stukken en notities zijn neergelegd. Dit zijn in de eerste plaats de bestemmingsplannen. Daarnaast zijn voor de toetsing relevant onder meer de Welstandsnota, de ‘Paarse nota’ en de onderhavige notitie. De Bouwzorgcommissie slaat bij de toetsing tevens acht op de beeldbepalende foto’s. 5. De Bouwzorgcommissie Thans kent de gemeente een eerste beoordeling van bouw- en verbouwplannen door het ambtelijk apparaat.Vervolgens gaan de in de meeste gevallen bijgestelde voorstellen voor beoordeling en advies naar de Welstandcommissie en, indien het gaat om gemeentelijke en Rijksmonumenten, naar de Monumentencommissie. Het functioneren van de Welstandcommissie is gebaseerd op de Welstandsnota. De welstandsnota wordt momenteel herzien, omdat uit de evaluatie het kader onvoldoende en onvoldoende duidelijk is gebleken. Daarom is de Welstandscommissie beperkt in zijn functioneren. Met betrekking tot de Monumentencommissie wordt het als een bezwaar gevoeld dat deze wordt voorgezeten door de voor het betreffende terrein verantwoordelijke wethouder. Dat past naar onze mening niet meer in een systeem waarin ‘dualisme’ in het gemeentebestuur is ingetreden. De voorzitter dient onafhankelijk te zijn. Wij kunnen ons voorstellen dat deze voorgestelde verandering ingaat met ingang van de nieuwe raadsperiode. Relevant in het kader van deze notitie is dat voor elke vergunningaanvraag in een beschermd dorpsgezicht een advies van de Monumentencommissie nodig is, en vanzelfsprekend ook voor vergunningaanvragen met betrekking tot een monument. De VOO stelt voor de twee commissies samen te voegen tot één Commissie, de zgn. Bouwzorgcommissie. Overigens is dat in de gemeente Leiden reeds nu het geval. Het voordeel van één Commissie is dat er vanuit een en hetzelfde beoordelingskader naar bouw- en verbouwaanvragen wordt gekeken en geoordeeld. In de praktijk kunnen de diverse taken worden verdeeld, zodat overbelasting van de leden wordt voorkomen. Cruciaal in een dergelijke opzet is dat de Bouwzorgcommissie haar eigen werkwijze kan bepalen, aan de hand van de vastgestelde Welstandsnota en de bepalingen van de Monumentencommissie. Dit zal betekenen dat bij de behandeling van alle bouwaanvragen niet altijd alle leden aanwezig hoeven te zijn. Daar waar het gaat om een aantal eenvoudige aanvragen buiten een beschermd dorpsgezicht, zullen de monumentenleden niet aanwezig behoeven te zijn.Vanzelfsprekend is hiervoor een daarop ingestelde agenda-indeling van belang. Cruciaal is ook dat de individuele leden voldoende tijd en gelegenheid krijgen een zaak op hun eigen wijze voor te bereiden voor bespreking in de finale openbare zitting. Het belang van openbaarheid van deze zitting is evident. Even evident is, vindt de VOO, dat de leden van de commissie zelf bepalen hoe en met wie zij de zaak voorafgaand aan die zitting voorbereiden. Dit impliceert dat zij daarvoor meer tijd krijgen dan thans het geval is.Vanzelfsprekend moet een en ander passen in de termijnen die er wettelijk staan voor de procedures van de bouwvergunning. Ook de ambtelijke ondersteuning en versterking dient aandacht te krijgen.Wij hebben begrepen dat onze gemeente in dit opzicht een (te) beperkte ambtelijke capaciteit heeft, maar dat er aan wordt gewerkt (samen met andere gemeenten in de regio) dit onderdeel van de organisatie te versterken. Tenslotte acht de VOO het van belang dat de Bouwzorgcommissie een duidelijk Oegstgeester inbreng heeft. Het is wenselijk dat minimaal één lid geruime tijd in Oegstgeest woont of gewoond heeft.